Als Martin Luther King Jr. in 1965 een eredoctoraat van de VU krijgt uitgereikt, meldt VU-student natuurkunde en bedrijfseconomie Jaap Blaak zich aan als achterdeurbewaker tijdens de ceremonie. Daar komt hij oog in oog te staan met de dominee. Over deze unieke ontmoeting schrijft de latere ondernemer en investeerder nu het onderstaande verhaal. ‘Ik herinner me dat hij me son noemde en erg grote handen had.’
Enkele dagen voor het evenement, stond ik weer eens in de hal te kijken of er berichtjes waren of er een baantje werd aangeboden. Misschien kon ik mijn Deux Cheveaux wel inruilen voor een betere, want hij had het begeven op de Afsluitdijk, op weg naar mijn verloofde in Groningen. Mijn oog viel op een foto waarop Martin Luther King Jr. zijn mensen toesprak, met daarbij het bericht dat er ouderejaarsstudenten, liefst met eigen jacquet, werden gezocht. Mijn nieuwsgierigheid was gewekt.
Niet veel later werd ik zonder al te veel problemen belast met de achterdeurbewaking van de Kleine Zaal van het Concertgebouw, waar de ceremonie plaatsvond. Samen met vijf andere in jacquet gehulde medestudenten bewaakte ik de toegangspoort voor alle grootheden, die wij streng controleerden op de juiste papieren. Die middag heb ik meer ‘hooggeplaatsten’ uit de Nederlandse politiek, het Koninklijk Huis, de wetenschap en militie bij elkaar gezien dan de verdere rest van mijn leven.
Luns maakte zich boos
Prinses Beatrix wist niet zo goed waar ze haar prachtige mantel en sjerp met waardevolle stenen kwijt kon. Samen met prins Claus en officials ontfermde ik me over haar, en bracht haar mantel in veiligheid. Een van de volgende gasten was een man in regenjas die vroeg waar hij zijn fiets kon plaatsen. Na minutieuze inspectie van zijn aktetas, ontdekte ik dat het de heer Tilanus was, voorman van de CHU, dat later opging in het CDA. Even verderop maakte de heer Luns zich boos dat hij er zonder kaart niet in kon. Na een academisch kwartiertje was de Grote Zaal gevuld en werden de eredoctoraten uitgereikt.
In de daarop volgende pauze werden de eerste promovendi toegelaten tot de Kleine Zaal. Er was nog niemand om ze te feliciteren, dus besloten wij die taak op ons te nemen. Keurig op een rij feliciteerden wij de promovendi een voor een. Ik had het genoegen doctor Martin Luther King de hand te schudden. Ik herinner me dat hij me son noemde en erg grote handen had.
(Geen) whisky voor Bernhard
Van te voren was bij het paleis geïnventariseerd wat de koningin en haar gemaal zoal dronken. Het bleek dat Bernhard altijd een bepaalde witte wijn dronk. En die was dus speciaal voor hem in huis gehaald. Tot ieders verbazing vroeg hij om een dubbele whisky en die hadden we niet. Mijn collega kwam naar me toe: wat nu te doen? Ik stelde voor dat hij whisky zou halen bij het café Keyzer naast het Concertgebouw, het zit er nog steeds. Even later kwam de jongen terug zonder whisky, hij had geen cash bij zich en kreeg geen gratis drank mee, zelfs al was het voor Bernhard. Ik heb hem toen geld gegeven.
Zo’n tien jaar geleden was mijn Amerikaanse kleindochter bij ons te logeren. Ze vertelde dat ze net een werkstuk had geschreven over Martin Luther King. Toen ik haar het bovenstaande verhaal vertelde, was ze door het dolle heen. Alle klasgenootjes moesten horen dat haar grootvader ‘Dr. King’ had gekend, of sterker nog een goede vrind was. Ik heb ervan genoten en het is nog steeds een prachtverhaal in onze familiekring.
VU, wat heb ik veel aan je te danken! Daar kan geen eredoctoraat tegenop.
Jaap Blaak studeerde bedrijfseconomie, werkte als manager bij Hoogovens en werd later investeerder in en oprichter van biotechbedrijven.
Deel je herinneringen
Heb jij een herinnering aan het eredoctoraat van dr. Martin Luther King? Laat het hieronder weten!