Foto:

BREINPRIKKELEND PRESENTEREN: WERK MET CLIFFHANGERS EN CHOCOLADEKOEKJES

GEMMA VENHUIZEN16 November 2016

Hoe geef je een voordracht die daadwerkelijk beklijft? Tijdens de postacademische cursus Breinprikkelend presenteren krijgen docenten en andere professionals tips uit de neurowetenschappen.

Per ongeluk stoot ik de linkerhersenhelft van tafel. Hij stuitert op de vloer. Docent Geert Buijtenweg (45) raapt hem lachend op. “Gelukkig zijn het geen kalfshersenen.” Dat is wel zo bij de colleges die hij geeft aan studenten bewegingswetenschappen. Eén dag per week leert hij hen in een snijzaal hoe een echt brein in elkaar zit. Maar de grijze massa die nu voor ons ligt, is van plastic. Bedoeld om het eerste deel van de workshop Breinprikkelend presenteren te illustreren.

In twee avonden op de VU leert didacticus Buijtenweg professionals die vaak presentaties houden hoe we de aandacht van toehoorders optimaal kunnen vasthouden. Hij geeft tips, trucs en praktijkvoorbeelden én legt uit hoe ons brein in elkaar zit. Want door kennis over de nucleus accumbens, “het beloningscentrum in de hersenen”, de amygdala “de alarmkern die ons attendeert op gevaar”, en de thalamus, “de verkeerstoren van ons brein”, snappen we beter hoe de grijze massa van toehoorders in elkaar zit – en daar kunnen we handig op inspelen bij het geven van presentaties.

Presentatienachtmerrie

Het beloningscentrum reageert bijvoorbeeld goed op afwisseling. En dus illustreert Buijtenweg zijn workshop met diverse presentatiestijlen: zo moeten we elkaar aan de hand van foto’s onze presentatiedroom en presentatienachtmerrie vertellen, en test hij met een quiz hoeveel we van zijn verhaal opsteken. Hij leert ons over het belang van spanningsbogen en cliffhangers, met zo veel succes dat iedereen in de pauze popelt om verder te gaan, benieuwd naar het vervolg. We pakken er nog gauw een chocoladekoekje bij. Ook lekker eten prikkelt tenslotte ons beloningscentrum.

Benieuwd naar het volledige opleidingsaanbod voor professionals van de VU? Bekijk dan het overzicht.

PAULA VAN SCHIE (50) UIT HAARLEM
Paula van Schie

“Ik leer mijn studenten hoe ze labverslagen moeten leren schrijven. Dat is een uitdaging, want echt enthousiast zijn ze uit zichzelf niet. De meesten zijn aan de opleiding begonnen met het idee: ‘ha, een exacte studie, dan hoef ik niet meer te schrijven.’ Ikzelf vind dat talige juist heel leuk, en wil dat graag overbrengen. Het is prettig om hier vanavond weer eens in de rol van student te zitten. Daardoor kan ik kijken: wat werkt bij mij, en wat niet? De korte filmpjes die Geert laat zien, vind ik heel goed. Die vatten datgene wat hij vertelt mooi visueel samen.”


Van Schie is docent Life Sciences & Chemistry bij Hogeschool InHolland; ze deed de universitaire lerarenopleiding biologie aan de VU.

JON ESHUIJS (30) UIT AMSTERDAM
Jon Eshuijs

“Bij KLM ben ik verantwoordelijk voor het ontwikkelen van mobiele apps, en voor het verbeteren van de communicatie. En dus heb ik Geert afgelopen jaar twee keer uitgenodigd om een korte workshop te geven. Dat vond ik zo inspirerend, dat ik nu de uitgebreide versie wilde bijwonen. Herhaling is belangrijk, heb ik tenslotte van hem geleerd! Dankzij Geert zorg ik voor meer interactie met mijn toehoorders, en houd ik ze beter bij de les.”


Eshuijs is Business analist bij KLM, studeerde Information Engeneering bij Hogeschool Windesheim.

JEANINE VAN GESTEL (42) UIT AMSTERDAM
Jeanine van Gestel

“Ik wil graag leren hoe theoretische kennis nog beter beklijft. Ik heb al een paar handige tips gehoord vanavond: laat studenten zelf als oefening tentamenvragen ontwikkelen, gebruik quizvragen… Ik vind het leuk dat Geert gebruik maakt van theatervaardigheden. Zo droeg hij net vol overgave een verhaal voor – we hingen aan zijn lippen. Een goede presentatie is niet alleen fijn voor het publiek, maar ook voor de spreker zelf. Je raakt er echt van in een flow.”

Van Gestel is Docent accountancy, onderwijsontwikkelaar en VU-alumna.

KRIS LAAN (23) UIT ZAANDAM
Kris Laan

“Ik let vanavond niet alleen op de inhoud van Geerts presentatie, maar vooral ook op hoe hij het vertelt. Je ziet hoe hij een rode draad door zijn verhaal weeft: hij grijpt terug op dingen die hij eerder vertelde, maar kijkt ook alvast vooruit. Zo legt hij bijvoorbeeld opdrachten bij de groep: ‘Later vanavond ga ik jullie vragen om zelf een breinprikkelend verhaal te vertellen.’ Bij ons als toehoorders zorgt dat misschien voor een lichte stressrespons, maar de adrenaline die we daarmee aanmaken, zorgt ervoor dat we extra goed bij de les blijven.”


Laan is Junior-docent bewegingswetenschappen aan de VU en studeerde er bewegingswetenschappen.