VU-alumna Wilma Westendorp vraagt een recruiter en een social-return consultant – beiden ook VU-alumni – om advies. Ze heeft al zo veel geprobeerd. Wat kan ze als 55-plusser nog meer doen om weer passend werk te vinden?
Socioloog ben ik, en romanist. 57 jaar en werkloos sinds 2009. Ja, wat onbenullige baantjes heb ik sindsdien gehad, maar het was niets vergeleken bij mijn werk als trainer, adviseur en consulent toen klanten grif € 640,- per dagdeel voor me betaalden. Nu is mijn leven heel anders. Lampen die kapot gaan, een printer die het niet meer doet. Gaten in mijn handdoeken. Geen geld om één en ander te vervangen. Als je er niet mee te maken hebt, snap je er niets van. Wat het is om in de bijstand te zitten, in armoede en zonder status te leven.
Ik heb al veel geprobeerd, natuurlijk. Ik solliciteer me wezenloos, ook op droombanen die op mijn lijf zijn geschreven. Maar steeds weer die deksel op mijn neus. Ik heb een coach via de gemeente, maar ook hij heeft me niet aan een baan kunnen helpen. Ik ken veel ouderen die in hetzelfde schuitje zitten. Vaak goed opgeleid en met veel werkervaring. Ik word er boos en moedeloos van. Econoom Sweder van Wijnbergen noemde de werkloosheid van ouderen ‘het grootste arbeidsmarktschandaal van nu.’ Gelijk heeft ie.
Maar ja, daar kom ik niet verder mee. In dit artikel ga ik op zoek naar antwoorden op de vraag wat mijn 143.000 lotgenoten van 55-plus en ik nog meer kunnen doen om weer werk te vinden dat bij ons past. Ik interview twee VU-alumni die er verstand van hebben. Julian Eijl (29), headhunter en recruiter die zijn bachelor sociale en culturele antropologie aan de VU haalde en Marcella de Muinck (31, op de foto boven dit artikel), social-return consultant bij Olympia Uitzendbureau in Amsterdam. Zij deed ook haar masterstudie antropologie aan de VU.
Idealen
Beide geïnterviewden hebben een duidelijk ideaal voor ogen. Marcella zegt dat we moeten streven naar een ‘inclusieve samenleving’, waarin er geen onderscheid wordt gemaakt naar sekse, afkomst, status of uitkeringsgerechtigd of niet. Dat er meer gekeken wordt naar de persoon en zijn of haar motivatie. Julian vertaalt dat op organisatieniveau: meer diversiteit. Dat wil zeggen: ouderen en jongeren, mannen en vrouwen, allochtonen en autochtonen. Uit allerlei onderzoek blijkt dat diversiteit leidt tot meer productiviteit en tot grotere tevredenheid van zowel werknemers als klanten.
Tja, die idealen zijn nog niet gerealiseerd. Als het gaat om ouderen ligt dat deels aan henzelf, en deels ook aan de vooroordelen waar ze tegenop moeten boksen.
Dit hebben we tegen…
Zowel Marcella als Julian constateren dat ouderen nog te vaak uitgaan van een vast contract. Dat is niet meer van deze tijd. Verder hangen ze ook nog iets te veel aan bijvoorbeeld vaste werktijden en weinig reistijd. Overigens gaan ze zich wel flexibeler opstellen naarmate ze langer werkloos zijn.
Onze kennis en vaardigheden op het gebied van elektronica en sociale media schieten vaak tekort. Oudere werklozen zijn veelal niet of zeer beperkt aanwezig op internet. Ze maken te weinig gebruik van relevante vacaturesites. Hun cv’s zijn vaak te lang en te weinig creatief. Meestal staat er geen foto op. Daar komt bij dat ouderen nog opgevoed zijn met de deugd bescheidenheid. Ze kunnen zichzelf vaak minder goed verkopen dan de jongere generatie.
…En dit hebben we mee
Aan de andere kant zijn wij ouderen door onze jarenlange ervaring en wat meer generalistische opleiding vaker multi-inzetbaar. We kunnen sneller verbanden leggen door het toepassen van eerdere kennis. Hierdoor kunnen we ons ook gemakkelijker en sneller inwerken in nieuwe taken of functies. Inhoudelijk zijn we gemiddeld sterker dan jongeren en we hebben betere leidinggevende vaardigheden.
Vooroordelen waartegen we moeten opboksen
Als oudere sollicitant krijg je te maken met vooroordelen. Mijn meest recente ervaring: een mondelinge afwijzing op een hbo-plusbaan: “Uw universitaire studies zijn niet relevant meer, uw werkervaring is niet recent genoeg en schrijven kan iedereen.” Marcella herkent die vooroordelen ook bij werkgevers en zet er een paar op een rij: ouderen zouden duurder zijn, minder productief en langer ziek.
Dat klopt allemaal niet. Ouderen zijn niet duurder dan hun 35-jarige collega, ze zijn minstens zo productief en minder vaak ziek dan jongere werknemers. Als ze ziek zijn, zijn ze wel wat langer ziek, maar in ziektedagen gemeten is het nettoresultaat gelijk.
Verder wordt gedacht dat ouderen niet meer willen leren en zich niet willen laten bijscholen. Volgens Marcella geldt dit soms wel voor lager opgeleiden: zij zijn bang dat ze het niet kunnen of gaan liever niet terug de ‘schoolbanken’ in. Middelbaar en hoger opgeleiden pakken deze kansen vaak juist graag met beide handen aan. Julian vult aan: “Werkloosheid wordt vaak veroordeeld: ‘Er is vast iets mis met hem of haar.’”
Specifiek kan bij wat oudere personeelsfunctionarissen een soort arrogantie een rol spelen. Ze denken: het lukt mij toch ook om te werken? Jongere recruiters kunnen soms niet goed communiceren met ouderen en schrijven ze bij voorbaat af.
Goed, dat weten we dan. Dan nu de hamvraag: wat betekent dit alles voor de oudere werkloze die wil werken?
Tips voor oudere sollicitanten:
- Stel je flexibel op wat betreft tijdelijk werk, arbeidstijden en reistijd.
- Wees actiever op sociale media. Zorg dat je op LinkedIn staat en gebruik je account ook daadwerkelijk: nodig mensen die je hebt ontmoet uit om te linken, bezoek wekelijks tot dagelijks je profiel om te publiceren en commentaar te delen en zo je zichtbaarheid te vergroten.
- Gebruik ook andere sociale media: Facebook, Twitter en vakinhoudelijke fora.
- Maak in informele contacten duidelijk dat je op zoek bent naar werk. Bijvoorbeeld op verjaardagsfeestjes.
- Schrijf korte kernachtige sollicitatiebrieven: maximaal één kantje.
- Zorg voor een kort en krachtig cv. Met foto. Maak hierin ook duidelijk waarom je interessant bent voor de werkgever. Denk na over de mogelijkheid van een cv zonder geboortejaar. Websites met handige tips over brief en cv: intermediair.nl; carrieretijger.nl/../sollicitatiebrief-en-cv; voorbeeldsollicitatiebrief.info; www.loopbaanadvies.net/solliciteren.
- Wat ook nog weleens wil helpen bij het sollicitatiegesprek, is zoeken naar informatie bestemd voor recruiters. Zo kun je beter inschatten welk type vragen je kan verwachten. Enkele voorbeelden: monsterboard.nl/…/sollicitatievragen-recruiters; vacatures.nl/…/sollicitatievragen-recruiter/; intermediair.nl/…/10-lastige-vragen.
- Recruiters en werkgevers die vacaturesites afstruinen, zoeken alleen op de meest recente cv’s. Plaats dus elke twee weken opnieuw je cv.
- Laat je niet afwimpelen: bel als je bent afgewezen en vraag naar de reden.
- In verband met vooroordelen: maak goed duidelijk wat je wél gedaan hebt en doet tijdens je werkloosheid.
- Focus! Solliciteer niet als een kip zonder kop op elke vacature die voorbij komt. Dat levert frustratie op. Wees je bewust van je kwaliteiten en zoek werk (eventueel vrijwilligerswerk) dat daarbij aansluit.
- Vergeet je leeftijd: je bent zo jong als je je presenteert.
- Natuurlijk is er leeftijdsdiscriminatie. Maar schrijf jezelf niet af, dan wordt het een selffulfilling prophecy.
- Blijf doorgaan en word niet wanhopig, zorg voor positieve dingen in je dagen, dan houd je het vol.
Nog veel meer tips, vragen enzovoort vind je op LinkedIn. Hier kun je tegelijk een netwerk proberen op te bouwen middels deelname aan verschillende discussiegroepen of reacties op artikelen.
Digidommerik
Ik moet toegeven: ik ben net als veel generatiegenoten een digidommerik. Ik zit weliswaar op Linkedin, maar doe er weinig mee. En ik zit niet op Facebook, terwijl organisaties ook daar veel vacatures plaatsen die interessant voor mij kunnen zijn. Ik weet echt niet hoe ik moet twitteren. Dat ga ik zeker veranderen. Als ik binnenkort een sollicitatiebrief kan beginnen met: ‘Op Facebook zag ik dat u op zoek bent naar een….’, is dat een mooie binnenkomer!
Verder: de tip van het regelmatig opnieuw plaatsen van mijn cv neem ik direct over. De meeste andere tips breng ik al langer in praktijk.
Van slag door een afwijzing
De laatste tips zijn niet altijd makkelijk. Er zijn inmiddels genoeg sociologische studies die een verband aantonen tussen werkloosheid – en onzeker werk – en depressies, een beroep op de gezondheidszorg, medicijnengebruik en zelfs suïcide. Ik ben soms erg van slag door een afwijzing. Na zo’n tegenslag gun ik mezelf rust: de eerste dagen even geen sollicitatieactiviteiten. Om daarna natuurlijk wel weer door te gaan.
Het was prettig om te merken was dat mijn jonge gesprekspartners duidelijk idealen hebben: een inclusieve arbeidsmarkt en diversiteit. Ik was ondertussen zelf óók bevooroordeeld geraakt: ik dacht door al die afwijzingen dat het ‘die jongere personeelsfunctionarissen’ niets kon schelen.
Wil jij ook iets uitzoeken met de expertise van andere alumni? Ben je VU-alumnus en wil je net als Wilma Westendorp ook iets uitzoeken door andere alumni te bevragen? Laat het de redactie van VU Magazine weten.
Wilma Westendorp (1959) studeerde in de crisisjaren ’80 af in Frans en sociologie aan de Vrije Universiteit. Na een paar jaar werd ze trainer/adviseur voor ondernemingsraden in Friesland. Afwisselend werk waarin zij haar idealen kwijt kon: betrokkenheid, medezeggenschap en kwaliteit van arbeid. In 2008 ging ze werken bij de Chronisch Zieken en Gehandicaptenraad: Ze zette cliëntenraden op voor de Wet Sociale Werkvoorziening. Toen sloeg de crisis toe en werd het project stopgezet. Sindsdien heeft zij wat tijdelijke en laagbetaalde baantjes gehad, onder andere bij een callcenter.
Sinds enkele jaren zit ze in de bijstand, alle sollicitatie- en netwerkinspanningen ten spijt. Ze publiceert regelmatig over ouderenwerkloosheid en trad als ervaringsdeskundige op in radioprogramma’s. “Het schrijven van dit artikel was een uitdaging. Ik hoop dat er snel nieuwe uitdagingen op mijn pad komen.”
Zij heeft in de aanbieding: een sterk analytisch vermogen in combinatie met een praktische geest. Loyaliteit, betrokkenheid en empathie. En: de brede blik waar onze maatschappij met al haar specialisaties zo’n behoefte aan heeft. Ze heeft creatieve ideeën, ook over wat overheid en sociale partners aan moeten met de ouderenwerkloosheid: “Ik denk bijvoorbeeld aan het opnieuw definiëren van wat werk nu precies is. Ik zie ik met lede ogen aan hoe betaald werk steeds meer vervangen wordt door vrijwilligerswerk, vaak verricht door oudere werklozen. Andere mogelijkheden: arbeidsduurverkorting, meer transparantie in het aannamebeleid van bedrijven, quota en het onderzoeken van de mogelijkheden van een basisinkomen. Moeilijk, maar het alternatief is de onderbenutting van allerlei talent. Dat gaat ten koste van de betrokken werklozen, maar ook ten koste van de maatschappij.” Lees ook haar column, waarin ze de arbeidsmarkt vergelijkt met een oneerlijk spelletje stoelendans.
> Wil je in contact komen met Wilma Westendorp? Kijk op LinkedIn of mail de redactie.