Op alles voorbereid
De Vrije Universiteit is, zoals u weet als u me weleens eerder op deze plek las, de plek waar ik ben klaargestoomd voor het echte leven. Voor een loopbaan, een carrière, een echt vak of (goedbetaalde) functie wellicht.
Ik studeerde er rechten en criminologie, en los van alle kennis die ik opdeed, ontdekte ik in die jaren – van mijn 18e tot mijn bijna-24e – dat ik meisjes en zelfs jonge vrouwen kon aanspreken zonder gevaar voor lijf of leden, en dat ik van een goedbedoelende avond-jogger een echte hardloper kon worden, door hard te trainen, voldoende te rusten en alleen op de fiets naar Buitenveldert te stappen als dat echt nodig en verplicht was.
Het leverde me uiteindelijk een bul op, een relatie en een marathon in 2.28, dus alleen al in die zin waren het geslaagde jaren.
Er zijn kippen in Nederland die meer ruimte hebben, en dan krijgen ze er ook nog hele sterke medicijnen tegen bloedluizen bij
Maar, natuurlijk, werd ik geen jurist, of criminoloog, en al helemaal geen advocaat die als secondant van Baudet angstaanjagende rassen- en vrouwentheorietjes verspreidt. Ik raakte verzeild in theater, cabaret en radio, onder meer. Sterker nog, ik schrijf deze column in de kleedkamer van theater PePijn in Den Haag, waarbij theater staat voor een zaaltje waar je met een schoenlepel bijna 100 mens publiek ingepropt krijgt, en de kleedkamer een ruimte is die zo klein is dat ik mijn stoel met de achterpoten in ‘de gang’ moest zetten om ruimte te maken voor het openklappen van mijn laptop. Knus. Gezellig. Sfeervol. Of: er zijn kippen in Nederland die meer ruimte hebben, en dan krijgen ze er ook nog hele sterke medicijnen tegen bloedluizen bij, uitroepteken.
Ik ben in dit vak verzeild geraakt, en realiseer me dat er eigenlijk maar één ander beroep was waarvan ik (ooit!) dacht dat het wel bij me zou passen. Dat was leraar. Of onderwijzer, of docent, het luisterde voor mij niet zo nouw. En ja, dat was een bewuste spelfout.
Dezer dagen gaat het in ons land – als het niet over de opstelling van een voetbalelftal in oranje shirts of de marketingkreet Hliversum (dat was geen bewuste spelfout, inderdaad) gaat – veel en vaak over onderwijs. De extreem slechte betaling van leerkrachten in (vooral) het basisonderwijs, en het lerarentekort. U moet zelf maar uitmaken of er ook nog enig verband is tussen die twee genoemde zaken.
Mijn eerste gedachte was: lerarentekort…dan moet je langere leraren aannemen! Maar dat is natuurlijk het soort gedachte dat je gelijk weer wist.
Je brengt je dagen door in een slecht geventileerde ruimte gevuld met dertig jongvolwassenenen waarvan zeker 8 meer behoefte hebben aan hulpverlening dan aan onderwijs
Mijn tweede is deze: hoe zorg je ervoor dat (bijna)studenten het prachtige vak van leerkracht overwegen? Ik denk dat het marketingbureau dat de genoemde kreet voor Hilversum bedacht, bij gebrek aan woordspeling, met ongeveer de volgende tekst zou komen: wij hebben nu werk voor jou dat serieus zwaar is, echt matig betaald, je brengt je dagen door in een slecht geventileerde ruimte gevuld met dertig jongvolwassenenen waarvan zeker 8 meer behoefte hebben aan hulpverlening dan aan onderwijs, en nog eens 3 of 4 hun medicatie niet echt op orde, daartussendoor zit je in een andere slecht geventileerde ruimte met 20 collega’s wankelend tussen burnout en pensioen en tot overmaat van vreugd’ heeft de verantwoordelijke bewindsman, Dekker, geen idee van wat je doet en geen enkele zin er iets aan te verbeteren. Dus, welkom, solliciteer snel en kom erbij!
Ik speel, na PePijn, nog 77 keer mijn Oudejaars 2017, samen met Louise Korthals. Het onderwijs moet het zonder mij doen, en dat gaat het onderwijs vast en zeker redden. En ik ben blij dat mijn jaren aan de VU me op zo ongeveer alles hebben voorbereid.
> Cabaretier Dolf Jansen, in 1988 afgestudeerd bij Nederlands recht, schrijft elk kwartaal een column voor VU Magazine.