Foto: Peter Gerritsen

Heb lef op de arbeidsmarkt

Rianne Lindhout7 July 2014

Stuur die directeur een Starbucks-bon met ‘wanneer drinken wij samen koffie’ in plaats van een sollicitatiebrief. Je hebt niks te verliezen, aldus trainer Jerre Maas. ‘Maar als je die baan heel graag wilt, neem je dan dat risico…’, twijfelt Anouk. De VU-alumniworkshop Lef op de arbeidsmarkt: prikkelend.

Jerre Maas

Jerre Maas heeft een missie: Nederland verlossen van saaie bijeenkomsten. Echt contact maken, daar gaat het hem om. Op zoek naar werk moet je dat ook met werkgevers. Anders kun je het schudden tussen de enorme concurrentie. Maas is de avond van 30 juni op de VU om zo’n veertig jonge alumni de power te geven om de arbeidsmarkt zo te benaderen dat ze eruit springen.

Je bent een product

Hoe zorg je dat je überhaupt op gesprek mag komen? “Vat het niet persoonlijk op, maar je bent een product”, zegt Maas. “Je wordt ingehuurd. Je sollicitatiebrief en je cv zijn je marketingmiddelen. Schrijf nou eens drie dingen op die jou uniek maken.” Een zucht gaat door de zaal, het is niet makkelijk en we zijn niet gewend om zo over onszelf te moeten nadenken. “Zet je unique selling points tegenover unique buying reasons. Wat lever ik het bedrijf op? Dat moet je zó concreet maken dat ze voelen dat jij het moet worden. Als ik een swiffer koop, wordt mijn huis schoon.
Als je nog een dimensie toevoegt aan je zelfkennis, namelijk waaróm je doet wat je doet, kun je jezelf nog beter verkopen, betoogt Maas. “Vraag jezelf af waar jij enthousiast van wordt op werkgebied en waarom dat een ander iets zou kunnen schelen.”

Vijf jaar geworsteld

Zelf heeft Maas, die economische psychologie studeerde in Tilburg, vijf jaar geworsteld met deze vragen. “Toen wist ik dat ik Nederland wilde verlossen van saaie bijeenkomsten. Om dat te doen kan ik zelf presenteren, mensen leren beter te presenteren of middelen ontwikkelen die mensen helpen beter te presenteren. Het maakt niet veel uit wat ik doe, als het maar ergens met die saaie bijeenkomsten te maken heeft.” Inmiddels is hij met zijn eigen bedrijf Presensatie uitgegroeid van zzp’er tot leidinggevende aan vier medewerkers.
Als je precies weet wat je te bieden hebt aan een werkgever, hoe wrijf je dat dan onder zijn neus? Maas: “Neem een voorbeeld aan multimediavormgever Niek. Hij maakte de website helpniekuitdeww.nl met een foto waarop hij onderuitgezakt zit en schreef daar: ‘Terwijl u dit leest ligt Niek werkloos, eenzaam en alleen thuis op de bank chips te eten.’ Binnen een week had hij 23 aanbiedingen.”

Stuur liever een pizza dan een brief

Meer inspiratie vind je op vacatureluurs.com voor en door werkzoekenden, en daar krijg je ook een hart onder de riem. “Bezorg bij de directeur een pizza met je cv, dat valt meer op dan wéér een sollicitatiebrief. Loop morgen het Vondelpark in met een bord om je nek met ‘ik zoek werk, wie helpt me?’ Je hebt niks te verliezen!” Toehoorder Anouk merkt op: “Maar als je heel graag die baan wilt, neem je dan het risico die rare Anouk te worden die een doos met muffins stuurde?” “Opvallen is risico nemen”, pareert Maas. “Als het echt je droomorganisatie is, rij er dan naartoe en deel bossen bloemen uit met de woorden: ik hoop de nieuwe medewerker te worden. Verzin iets wat bij jou én het bedrijf past. Geen broodjes ham bij een vega-organisatie.”

Wees je bewust van je eerste indruk

Als je dan eenmaal op gesprek mag komen, heeft een werkgever eigenlijk al na 30 seconden door of hij je wil inhuren of niet. Maas: “In 30 seconden maak je een eerste indruk. Weet hoe die ander naar jou kijkt, dan kun je daar iets mee.” Wat dan, vraagt iemand uit het publiek: “Ik ben eens afgewezen omdat men in mij niet de netwerker zag die ze zochten, maar meer een schrijver.” “En klopt dat?”, vraagt Maas. “Netwerken is inderdaad niet mijn eerste natuur.” Maas: “Als jij in je brief uitstraalt dat je een netwerker bent en je bent dat niet, dan werkt het niet. Ik weet dat het nu niet makkelijk is, maar solliciteer alleen op functies die je echt wilt. Maar soms klopt een eerste indruk niet. Mijn vriendin praat vrij langzaam, dat kan monotoon en saai overkomen. Met kleding in felle kleuren compenseert ze dat.”

Droombaan dichterbij brengen

“Wat doen we in de tussentijd?”, vraagt iemand. “Welke tussentijd?” “Nu we wel werk hebben maar niet het werk dat we willen.” “Wat vind je vet om te doen? Doe dat, ook al is het náást je werk. Als je graag kookt, kook dan voor thuisafgehaald naast je baan waarin je niet happy bent. Bedenk dat je niet morgen meteen je droombaan kunt hebben, maar wel dichterbij kunt brengen.”

VU Alumni Relations organiseert deze workshop vier keer per jaar. Meld je hier aan voor de volgende editie.